De vijftien lidstaten van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA hebben dinsdag besloten het programma voor de Ariane-5-plusraketten te hervatten. Eén dag eerder besloot de ESA al om het uitgestelde ruimteprogramma Galileo weer op gang te brengen.
Directeur-generaal Antonio Rodota van de ESA maakte dinsdag bekend dat er geld wordt vrijgemaakt voor herstart van het Ariane-programma. Om hoeveel geld het gaat, wil ESA niet zeggen.
Met de financiële injectie moet de Ariane-5-plusraket geschikt worden gemaakt voor lancering van twee satellieten. Daarvoor is een aanpassing van het ontwerp van de Vulcan-2-motor nodig. Verder moet de productie van de raketten vereenvoudigd worden.
Het is de verwachting dat er in maart en september volgend jaar proeflanceringen plaatsvinden.
Het Arianeproject kwam in grote problemen toen op 12 december vorig jaar de eerste Ariane-5-plusraket de lanceerbasis Kourou in Frans-Guyana, kort na de lancering tot ontploffing gebracht moest worden omdat de brandstoftoevoer uitviel. De onbemande raket ontplofte in de lucht en twee communicatiesatellieten ter waarde van 600 miljoen euro die de Ariane meedroeg, stortten in de Atlantische Oceaan.
De positie van ESA als commercieel lanceerbedrijf was tot de mislukte Ariane-5-pluslancering al niet erg riant. Het bedrijf had toen al tot een reorganisatie besloten om tegen 2003 uit de rode cijfers te raken.
De capaciteit van de Ariane-5 plusraket was opgevoerd om tien ton nuttige lading te kunnen meenemen. Dat zou de concurrentiepositie ten opzichte van lanceerbedrijven in de Verenigde kunnen verbeteren.
De verwachting is dat de commerciële lanceermarkt na een slechte periode tegen 2005 of 2006 weer gaat aantrekken. Dan moeten veel satellieten worden vervangen. De verwachting is dat dit gepaard zal gaan met een zware concurrentiestrijd tussen de lanceerbedrijven.
Met het besluit van ESA van dinsdag is duidelijk geworden dat de Europese ruimtevaartorganisatie zich daarin zal mengen. Normaal lanceert Arianespace gemiddeld zo’n 12 raketten per jaar.
Ook het lang uitgestelde ruimteprogramma Galileo wordt weer op gang gebracht. De leden van de ESA (Noorwegen, Zwitserland en de landen van de Europese Unie uitgezonderd Griekenland en Luxemburg), hebben vastgelegd wie wat voor Galileo gaat doen.
Galileo is een ambitieus navigatieproject, waarbij circa dertig satellieten in banen rond de aarde worden geplaatst. Galileo verschaft naar schatting 140.000 mensen werk. Het plan zou rond 2008 een rivaal kunnen zijn voor het Amerikaanse militaire GPS-project.
In de VS wordt het Europese Galileo-project als overbodig gekenschetst. Maar de ESA stelt dat het het 'global satellite positioning system' (GPS) kan aanvullen.
Het Europese satellietproject liep eerder vertraging op door scepsis bij met name Duitsland, Groot-Brittannië en Nederland, maar ook door rivaliteit tussen leden van de ESA over de rol die ze in het project kunnen spelen.
Dat is nu volgens ESA-directeur Antonio Rodota nu voorbij. "Bewust van het economische, industriële en strategische belang van satellietnavigatie hebben de leden in het gezamenlijke belang een overeenkomst gesloten'', aldus Rodota in de ESA-verklaring. De organisatie voert Galileo samen met de EU uit. Het is voor het eerst dat beide instellingen samen een project uitvoeren.